top of page

Op de inschrijver rust de bewijslast bij een prijsverantwoording in het kader van overheidsopdrachten

Wanneer een aanbestedende overheid vermeende abnormale prijzen vaststelt in een offerte, dan moet er in principe een prijsverantwoording worden opgevraagd. Wanneer de prijsverantwoording niet-afdoende elementen omvat die ertoe kunnen besluiten dat de prijzen alsnog geen abnormaal karakter vertonen, dan zal dit in principe leiden tot de substantiële onregelmatigheid van een offerte. Zo ook in het voorliggende geval waarbij de aanbestedende overheid met toepassing van artikel 36, § 3, 1°, van het voormelde besluit vastgesteld dat er geen afdoende prijsverantwoording voorligt en de offerte van de verzoekende partij omwille van de aldus vastgestelde substantiële onregelmatigheid geweerd.



De Raad van State wees daarbij in het arrest van 15 januari 2024, nr. 258.445 (klik hier) op het volgende:



Bij een prijsverantwoording ligt de bewijslast bij de betrokken inschrijver. Het staat aan die inschrijver om op een concrete en onderbouwde wijze het vermoeden van abnormaliteit van de prijs te weerleggen. Bij de beoordeling van de door een inschrijver gegeven prijsverantwoording beschikt de aanbestedende overheid in beginsel over een aanzienlijke beoordelingsruimte. Het komt de Raad van State niet toe om zijn eigen beoordeling in de plaats te stellen van die van de aanbestedende overheid. In de uitoefening van het hem opgedragen rechtmatigheidstoezicht kan de Raad van State desgevraagd wel nagaan of de beoordeling door de overheid berust op voldoende veruitwendigde en in feite en in rechte draagkrachtige motieven, of die motieven na een zorgvuldig onderzoek van het dossier tot stand zijn gekomen, en of de overheid de perken van haar beoordelingsruimte niet te buiten is gegaan.


(...)


Dat bepaalde elementen van de prijsverantwoording verband zouden kunnen houden met de in artikel 36, § 2, derde lid, van het koninklijk besluit plaatsing 2017 opgesomde elementen, neemt niet weg dat het aan de bevraagde inschrijver toekomt dit verband en het onderscheidend karakter van deze elementen aannemelijk te maken, specifiek in het licht van de betrokken opdracht.

Comments


bottom of page